Ze noemen mij ‘die ouwe’. En eerlijk? Dat klopt ook wel. Na bijna 50 jaar buiten heb ik de stap naar binnen gemaakt. De gezondheid trok aan de bel, mijn lijf gaf duidelijk aan dat het genoeg was geweest. Nu werk ik tussen vier muren, maar de verbinding met mijn collega’s is gebleven. En dat is me heel veel waard.
Wat een tijd. Zoveel prachtige projecten, stuk voor stuk met een eigen karakter. Samen met je collega’s ervoor zorgen dat iets vanuit het zand gaat leven en functioneren. Dat vond ik het mooiste aan mijn vak. Van het Van Gogh Museum tot de kantoorvilla’s in Nieuwegein. En dan Museum Voorlinden in Wassenaar — een project om nooit te vergeten. Bij de oplevering stond ik in de technische ruimte, samen met andere genodigden, de directie en de opdrachtgever. Hij sprak over kunst, over zijn visie, zijn passie. Ik zei: “U heeft het steeds over kunst, maar u staat er middenin.” Blijkbaar kon ik het zeggen, want hij is het nooit meer vergeten. Een paar dagen later hing ik een bordje op in diezelfde ruimte: Dit kunstwerk is gemaakt om andere kunst te laten leven en spreken.

Die liefde voor techniek zat er al vroeg in. Als kind haalde ik alles uit elkaar: van speelgoedauto’s tot fietsen. Niet om het stuk te maken, maar omdat ik móest weten hoe het werkte. Ik was beter met mijn handen, dan in leren. Dus ik ging aan de slag en ben nooit meer opgehouden. Er was geen uitgebreide inwerkprocedure, je kreeg een bus vol radiatoren mee en succes ermee. Gelukkig stonden er monteurs om me heen die de kunst van het werk écht verstonden. Van hen heb ik het geleerd. Door te kijken, te vragen, te proberen en fouten te maken.
En precies zo leerde ik het op mijn beurt aan de jongere generatie. Zo gaat dat in dit vak. Net zoals ik jonge lassers behoed: trek die kap aan, voor het te laat is. Kijk maar naar mij. 50 jaar boven die dampen hangen, dat wens je niemand toe. Het lassen eiste z’n tol. Steeds opnieuw weken was ik benauwd, nachten wakker en kapot op maandagochtend. Gelukkig dacht Kuijpers mee. Ik kreeg een nieuwe werkplek in het magazijn, waar ik mijn ervaring nog elke dag inzet. Als een collega belt, weet ik meteen wat er nodig is. Ik stel de juiste vragen en geef tips.